artikelen
> STARTPAGINA
> ARTIKELEN
“Strak maar
warm…”
(30 januari 2010)
Er waren tal van
hoogwaardigheidbekleders.
Ik zag kerkenraadsleden, uiteraard, en predikanten.
Maar ook gemeenteraadsleden, lijsttrekkers, de beide
wethouders, de
burgemeester en als klap op de vuurpijl kwam
zelfs de Commissaris der
Koningin, Max van den Berg, langs.
En toch hadden we het alleen maar over de opening, de
ingebruikname, of
liever, de her-ingebruikname van een
verenigingsgebouw, de Franse school,
naast de Nicolaïkerk in
Appingedam.
De eerste mensen die ik tegen het lijf liep waren Jan Beukema
en Nico Dijkman,
respectievelijk pianist en dirigent van het koor
The Voices dat ’s avonds, ook
al ter gelegenheid van dat
verenigingsgebouw, een concert zou geven.
“Koffie?” vroeg de mevrouw achter de tafel.
“Lekker…”
zei ik.
“Dat moet nog maar blijken!” vond ze.
We stonden om statafels in de Nicolaïkerk,
in afwachting van de commissaris
die om
vijf uur zou meehelpen bij de opening.
Daartoe was de toegangsdeur
dichtgeplakt
met een gigantisch door de jeugd beschilderd
vel papier waar de
commissaris, hand in hand
met de burgemeester en de voorzitter van de
kerkenraad, doorheen zou lopen. Het was al
behoorlijk na vijven toen het er
echt van kwam.
Op weg, uit de kerk naar de naastgelegen
Franse School, werd
er, zoals het hoort in een
kerk, gecollecteerd. Niet voor kerkrentmeesters,
bouwfonds, of restauratiekosten, maar voor de
slachtoffers van de aardbeving
in Haïti.
Opening
“Hij staat op de foto,
hoor!” zei iemand. Dus het was niet zo erg dat de schildering aan
flarden werd
gelopen door het drietal. De beiaardier speelde intussen “In naam van
Oranje
doe open de poort.” Muziek bij de verovering van Den Briel, ergens aan het
begin van de Tachtigjarige oorlog. Gelukkig was er nu van een oorlogssituatie
geen sprake.
Binnengekomen wachtte de vele aanwezigen een glas champagne, maar ook, zoals
altijd bij dit soort gelegenheden, een serie toespraken.
De eerste was van de burgemeester, mevrouw Pot.
Ze roemde een en andermaal de samenwerking tussen de burgerlijke en kerkelijke
gemeente bij de totstandkoming van de restauratie van de Nicolaïkerk, waarvan
de
opknapbeurt van de Franse School het laatste onderdeel vormde. En ze had
het over
de cultuurhistorische functie, over het archeologisch informatiepunt
en ook nog over
de muziektempel, achter de kerk. En ze prees de Samen-op-Weg
gedachte die er
voor gezorgd had dat, in 2008, de zaak in een
stroomversnelling kwam.
Nou viel die snelheid wel mee, getuige de woorden van Erik Juk, voorzitter van
de
commissie die verantwoordelijk was voor de hele organisatie van de
restauratie. Hij
werd gevraagd voor een klusje van, zo werd hem gezegd, een
maand of zes, maar het
werden uiteindelijk acht jaar. Misschien daardoor wel
keek hij zelf bij zijn toespraak ook
niet op een minuutje meer of minder. Hij
roemde de vele commissies en werkgroepen
en had het over dozen vol verslagen
van vergaderingen. En hij sprak over de mooie
sfeerverlichting in het gebouw.
Nergens was het licht koud en kaal. Daardoor stonden
de sprekers ook in een
gezellig schemerlicht zodat uw scribent met zijn eenvoudige
fotoapparatuur
niet in staat was een adequate foto van de toespraken te maken...
Sfeer
En Juk beschreef de
inrichting van het gebouw: strak maar warm. En hij pleitte er voor
dat dat ook
zo zou blijven, ook nadat het door de verschillende gebruikers in bezit zou
zijn genomen: “Het is een vergaderruimte, geen huiskamer…”
De jeugd heeft wel een soort eigen huiskamer in het gebouw, kerken noemen dat
vaak
het jeugdhonk. Alleen was de jeugd er nog niet in geslaagd de ruimte ook
als een
jeugdhonk in te richten. Er was wel budget, en was er ook jeugd, maar
was het er al met
al nog niet van gekomen.
Dhr. Tonnis Musschenga, voorzitter van de kerkenraad sprak enthousiaste
woorden over
de bouwperiode. Hij was nog niet zo heel lang Appingedammer, dus
veel van wat hij
vertelde had hij van horen zeggen. Niettemin was hij trots op
zijn Nicolaï en zijn
bijgebouwen. Maar hij relativeerde ook: “Als je eigenaar
bent van een gebouw dat een
monument is, ben je dus niet per definitie ook de
baas in je eigen huis…”
En hij memoreerde het Samen-op-Weg proces. “Niet altijd even gemakkelijk, je
had
soms een hele avond vergaderd en dan was je nog niet tot overeenstemming
gekomen…
” Daarnaast noemde hij het doorzettingsvermogen dat nodig was geweest.
Maar hij sprak
er ook over welk een winst het had opgeleverd dat men min of
meer genoodzaakt was
veel tijd te nemen.
Verder vertelde hij dat het college van Burgemeester en Wethouders opdracht
had
gegeven tot het maken van een cultureel rapport.
Maar hij had het ook over een andere, een oudere opdracht, van zo’n 2000 jaar
geleden.
Een opdracht tot eenheid, vrede en gerechtigheid. En over het doel en
de functie van de
kerk: om te vieren, te ontmoeten en te leren.
Verbinding
Tussen de kerk en de Franse
school was een aantal jaren geleden al een verbinding
gemaakt. Er is een
keuken gebouwd, een toiletgroep en een garderobe. Modern, gewaagd,
met veel
glas.
Ooit stond er een toren naast de kerk. Die was omstreeks 1550 gesloopt omdat
hij door
zijn gewicht aan het verzakken was. Op de fundamenten van die toren
is toen de Franse
school gebouwd. Die is nu klaar en aangepast aan de eisen
van deze tijd. De buitenmuren
zijn blijven staan, maar voor de rest is heel
het gebouw gestript en opnieuw ingericht.
Het plafon van de benedenzaal is naar beneden gehaald om boven meer ruimte te
creëren.
Schrijver dezes maakte een aantal jaren geleden een verjaarsfeestje
mee, in de bovenzaal.
Die was inderdaad werkelijk onherkenbaar veranderd.
Klaar was het allemaal nog niet. Zoals gezegd moet de jeugd nog aan de slag,
en ook de
elektriciteit behoeft nog enige aanpassingen: een lichtknopje was
beplakt met een papiertje
met het verzoek de knop vooral niet te bedienen.
“Vraag mij eerst” stond er, in het midden
latend wie die ‘mij’ dan wel niet
was…
Nu Appingedam samen op weg is, is de gereformeerde kerk te koop. Van de
opbrengst
moeten de verbouwingskosten van de Franse school betaald kunnen
worden.
Musschenga wees er op dat de ruimtes in Franse School alleen niet genoeg zijn
voor het
verenigingsleven. Kabzeël, het gebouw bij de gereformeerde kerk, kan
niet gemist worden.
Het zou door de burgerlijke gemeente kunnen worden gekocht
en geëxploiteerd…
Lift
Nadat Musschenga was
uitgesproken verwachtte ik een toespraak van onze commissaris.
Dat was
kennelijk niet de bedoeling. De heer Van Bostelen, ook iemand van een
commissie
of werkgroep, bedankte iedereen, in het bijzonder de commissaris
voor de positieve
bemoeienis van de provincie, en deed hem en anderen het boek
cadeau dat vader
en zoon Plas schreven over de kerken in de provincie
Groningen. Ik vermoedde,
maar durfde het de commissaris niet te vragen, dat
hem vast al wel eens eerder een
exemplaar van dat boek was aangeboden…
Musschenga kon niet nalaten nog te vermelden dat de kerk in Appingedam toch
maar mooi tot de mooiste van de provincie was verkozen.
En Van Bostelen was vooral blij met de lift. “Die wilden we graag, en we
hebben er
andere dingen voor laten vallen, maar met een vergrijzende kerk en
een vergrijzend
Appingedam is zo’n lift geen overbodige luxe…”
Vervolgens was er een drankje en een hapje en konden we met eigen ogen de
prachtig
ingerichte ruimtes bekijken. Boven draaide een beamerpresentatie van
de bouwperiode,
ook te zien op de mooie website van de Nicolaï:
www.nicolaikerk-appingedam.nl
Op weg naar de garderobe hoorden we brassband Constantijn Huygens
repeteren voor
het avondconcert. “Music was my First Love” klonk het
enthousiast door de Nicolaï.
En Dijkman en Beukema haastten zich om met het
koor nog even in te zingen.
Het avondconcert was inmiddels heel dichtbij gekomen.